Jaarrekening 2019

Lokale heffingen

Inleiding


De nota lokale heffingen is het beleidskader voor het heffen van belastingen en rechten. De lokale heffingen vormen jaarlijks een belangrijk onderdeel van onze inkomsten en zijn onderdeel van de gemeentelijke beleidsvrijheid. Bij de jaarrekening legt de gemeente verantwoording af over het gevoerde beleid in 2019 en de realisatie daarvan.

Er wordt onderscheid gemaakt in heffingen waarvan de besteding van de opbrengst vrij is (zogenaamd belastingen) en heffingen waarvan de besteding van de opbrengst gebonden is (zogenaamd rechten). In deze begroting onderscheidt de gemeente de volgende heffingen:
Belastingen:Onroerendezaakbelasting, hondenbelasting, toeristenbelasting, forensenbelasting en precariobelasting.

Rechten: Marktgelden, afvalstoffenheffing, rioolheffing, begraafrechten, leges.

Totaaloverzicht baten lokale heffingen

(Bedragen x € 1.000)

Omschrijving heffing

Jaarrekening 2018

Begroting 2019 na wijziging

Jaarrekening 2019

Onroerendezaakbelastingen

10.086

10.403

10.494

Afvalstoffenheffing

5.100

5.324

5.320

Rioolheffing

4.862

5.602

5.767

Hondenbelasting

291

293

300

Forensen- en toeristenbelasting

1.073

1.336

1.299

Precariobelasting kabels en leidingen

722

731

731

Marktgelden

50

54

54

Begraafrechten

904

871

1.175

Leges

2.686

2.302

2.291

Totaal

25.774

26.916

27.431

De Belastingsamenwerking gemeenten en hoogheemraadschap Utrecht (BghU) verzorgt de heffing en inning van de heffingen voor de gemeente, met uitzondering van de leges die vallen onder titel 1 van de Legesverordening (bijvoorbeeld reisdocumenten, rijbewijzen en huwelijken) en de precario op kabels en leidingen. In de volgende paragrafen zijn de definitieve tarieven opgenomen. De tarieven van deze heffingen zijn in december 2018 middels de verordeningen 2019 door de raad definitief vastgesteld.

Belastingen


Voor de belastingen, zijnde een heffing waarvan de opbrengst vrij is, hanteren wij een aanpassing van het tarief op basis van de geharmoniseerde consumenten prijsindex (HICP) van 1,25 % welke bij de Kadernota is vastgesteld. Dit betreft: de forensenbelasting en hondenbelasting. Afwijkingen hierop zijn;
1) de precariobelasting waar het tarief bevroren wordt op het niveau van 2016.
2) de onroerendezaakbelasting waar het tarief naast de HICP is aangepast met een verhoging van 1% op basis van de begrote totale baten OZB.
3) de toeristenbelasting waar naast de HICP een verhoging in rekening is gebracht in combinatie met een tariefdifferentiatie.  

Rechten


Voor de rechten hanteert de gemeente in beginsel het uitgangspunt van 100% kostendekkende tarieven. Dit is de maximale benutting van de wettelijke mogelijkheden. Deze opbrengsten zijn bedoeld als een tegemoetkoming in de kosten voor een specifieke dienst.

ga terug